1Kempen.nl

Uit onderzoek binnen het programma Veehouderij en Gezondheid Omwonenden (VGO) blijkt dat mensen die dichtbij geitenhouderijen wonen vaker longontstekingen krijgen dan anderen. Al in 2018 stelde de Gezondheidsraad vast dat er aanwijzingen waren voor zo’n verband, maar dat er meer onderzoek nodig was.

Verband

De raad zegt nu dat er sterker bewijs is dan in 2018 voor een verband tussen geitenhouderijen en longontstekingen. Ook keek de Gezondheidsraad naar hoe precies komt dat mensen die dichtbij geitenhouderijen wonen vaker longontstekingen krijgen. Het lijkt erop dat longontstekingen niet door één specifieke bacterie of virus worden veroorzaakt, maar dat het een samenspel is van meerdere factoren. Bepaalde eigenschappen van geitenhouderijen en hoe gevoelig mensen zijn voor longproblemen spelen daarbij een rol.

Volgens de Gezondheidsraad is dit voldoende aanleiding om op basis van het voorzorgsbeginsel maatregelen te nemen om de gezondheidsrisico’s voor omwonenden van geitenhouderijen te beperken. Om te bepalen welk type maatregelen passend en effectief kan zijn, zal de Gezondheidsraad in het tweede deeladvies dieper ingaan op de aard en ernst van de gezondheidsrisico’s. Dit zal later dit jaar verschijnen.

RIVM

Eerder dit jaar kwam het RIVM met een onderzoek waaruit blijkt dat geitenhouderijen een nadelig effect hebben op de gezondheid van mensen. In gebieden met veel veehouderijen, zoals in Oost-Brabant en Noord-Limburg, hebben meer mensen een longontsteking dan in gebieden met minder veehouderijen.

Mensen die binnen 500 tot 2000 meter van een geitenhouderij wonen zouden volgens het RIVM ongezonder zijn. Er werden in de stallucht van geitenhouderijen meer dan dertig verschillende bacteriën gevonden die bij mensen longontsteking kunnen veroorzaken.