1Kempen.nl

De meerderheid van de Eerselse gemeenteraad gaf tijdens de raadsvergadering aan het vertrouwen in Kraaijeveld kwijt te zijn. Volgens haar heeft hij bij regionale partijen, zoals de Metropoolregio (MRE), het besluit van de Eerselse raad over de ontwikkelstrategie niet goed uitgedragen.

Volgens het Eindhovens Dagblad zouden de partijen de VVD-wethouder verwijten van het feit dat hij is afgeweken van wat de raad heeft besloten over de ontwikkelstrategie en schaalsprong. Die ontwikkelingsstrategie, het honderdprocentscenario, betrof onder meer de bouw van 5500 nieuwe woningen tot 2040. Begin dit jaar koos de raad echter voor het zogenoemde vijftigprocentscenario, waarbij tot 2040 onder meer 2750 woningen en 11 hectare bedrijventerrein worden gerealiseerd.

Kraaijeveld laat weten dat hij teleurgesteld is: “Ik heb de gemeente, en daarmee de gehele raad, altijd naar eer en geweten gediend. Ik ben trots dat ik een dergelijke functie als wethouder heb mogen vervullen. Graag wil ik de inwoners van de gemeente Eersel, ambtenaren, de dorpsraden, collega bestuurders in de Kempen en MRE bedanken voor hun samenwerking en inbreng. Ik heb altijd met plezier de inbreng tot mij genomen en het heeft mij gemotiveerd om voorstellen en plannen mooier en beter te maken."

Kraaijeveld is sinds 1999 voor de VVD actief in de politiek van de gemeente Eersel. Eerst als raadslid en vanaf 2014 meerdere perioden als wethouder, in totaal bijna twaalf jaar. De taken van wethouder Kraaijeveld worden tijdelijk overgenomen door wethouder Eric Beex. Daarna volgt meer duidelijkheid over de definitieve opvolging.

Het bericht over het vertrek van Kraaijeveld is precies een week nadat collega-wethouder Léon Kox zijn ontslag indiende. In een persoonlijke brief gaf Kox de reden van zijn aftreden aan. De afgelopen periode merkte hij namelijk dat het politieke en bestuurlijke samenspel steeds complexer werd. “Ook verliep de samenwerking met mijn fractie moeizamer, met uiteenlopende belangen en sterke profilering”, legt Kox uit. “Ik voel steeds minder verbinding, waardoor het voor mij moeilijker wordt om mijn rol te vervullen met de energie, overtuiging en steun die onze gemeenschap verdient.”